De 20e Internationale Welsh Show in Australië werd op 23 en 24 november gehouden in Sydney. NWPCS-jurylid Ad Beekman van de Lintelo Stoeterij werd gevraagd om te komen keuren. Zodoende reisde hij eind november 2019, samen met Gerrit van Beek van de Singels Welsh A-fokkerij, af naar Down Under. Na de show huurden de twee Welsh-liefhebbers een auto om door de omgeving te toeren, verschillende Welsh-stoeterijen te bezoeken en wijn te proeven. Ze namen een kijkje op de Victorian All Welsh Show en reisden door naar Nieuw Zeeland om op de show van the Great Lakes All Welsh Club te keuren en stoeterijen te bezoeken. Deze week deel 2 (van 3 delen) van het reisverslag.
Deel 2: ‘Je kijkt als Welshliefhebber je ogen uit in Australië’
Daags na de Internationale Welsh Show in Australië in november vorig jaar, toerden Ad Beekman en Gerrit van Beek door New South Wales om er onder meer Welsh stoeterijen te bezoeken. “Maar we gingen ook naar een vriend van me die kangoeroeleer produceert en we namen een kijkje op de Victorian All Welsh Show. Ook een heel mooie keuring met veel deelnemers”, zegt Beekman.
“We hebben op de stoeterijen en shows in Australië echt heel mooie Welsh pony’s gezien”, zegt Ad Beekman. “Ze hebben er dan ook het beste van het beste geïmporteerd. Om een pony van Europa naar Australië te laten komen kost al zo’n 30.000 Australische dollars (1 dollar = 0,62 euro, red). Dat is al veel geld en daarom kopen de Australische Welshliefhebbers echt de crème de la crème.”
‘Welshpony’s zijn hier veel waard’
Dat het importeren veel geld kost, resulteert dan ook in hoge dekgelden en pony’s die veel waard zijn. “Om een merrie te laten dekken, kost een Australische Welshfokker tussen de 1.000 en 1.800 dollar, omgerekend ruim 600 tot 1100 euro. Voor een driejarige, als gebruikspony beleerde Welsh sectie A of B betaal je er tussen de drie- en zesduizend euro.”
Pioniers
Pioniers op dit gebied zijn onder meer Mark Bullen van Imperial Stud en Richard en Janet Evans van Weston Park Stud. “Aan hen hebben de Australische Welsh-liefhebbers veel te danken. We waren eerst op de Weston Park Stud, een soort van vertakking van de Britse Weston Stud. De eerste import B-hengst op de Australische stoeterij was Eyarth Sama, een zoon Carwed Charmer en kleinzoon van Weston Twiggy. Een hengst die er inmiddels al een aantal jaren actief is, is de door wijlen Piet Steeghs gefokte Steehorst Kyro. We hebben hem gezien En ook veel prachtige merries”, aldus Beekman.
Vervolgens gingen Beekman en Van Beek naar de Imperial Stud, waarvan Imperial Lady Athena een paar dagen ervoor jeugdkampioen was geworden op de international show en haar vader Imperial Pavarotti sectie B-kampioen en reserve overall supreme. “De Imperial Stud was echt verbazend dichtbij Weston Park Stud”, zegt Beekman. Hier hebben we echt heel mooie pony’s gezien. Ik heb nog een foto gemaakt waarop je goed kan zien hoe uniform deze pony’s zijn in type. Het zijn jonge sectie B-merries.”
‘Karakteristieke Coed Coch pony’s’
En voor de sectie A is Lady Creswick van de Nattai Stud een Australische fokker van het eerste uur. Zij haalde in 1961 al Coed Coch Prophet naar Australië, waar hij zijn sporen ruimschoots heeft nagelaten. In ’78 kocht ze op de dispersal sale van de Coed Coch Stud ook Coed Coch Bari voor een record bedrag van 21.000 Engelse ponden.”
Lady Creswick dochters hebben ook ieder een Welsh-stoeterij; Nattai River Stud en Nilton Stud. “We zijn op de Nattai River Stud geweest. Je kijkt echt je ogen uit … wat daar loopt … Karakteristieke Coed Coch-pony’s, echt als vanouds.”
Vlakbij Nattai River Stud was Nawarrah Park Stud met hoofdzakelijk Welsh Cobs met veel Llanarth-bloed. “We waren er in de buurt, dus dan ga je daar natuurlijk ook heen. Er lopen zomaar veertig á vijftig Cobs. Veel bruinen met een kol. Ik had er makkelijk een vierspan inclusief reserves uit kunnen zoeken.”
Massa en bot
Op de Keyi stoeterij zagen Beekman en Van Beek de sectie B-jeugdkampioene – Keyi Condoleezza – van de Internationale Show een paar dagen ervoor. Ook Waxwing Peru, de vader van deze jonge merrie, liep er. “Ik was zeer verbaasd vanwege zijn type. Het was net een grote A; zwaar en veel bot. Veel Australiërs houden van dit zwaardere type. Ze vinden dat er in de sectie B de neiging is dat massa en bot verloren gaan. Vandaar dat ze Peru gebruiken. Hij is qua type overigens zwaarder dan zijn volle broer Waxwing Perrin.”
De Nederlanders kwamen nog op de open dag van Michele Baker, de chairman van de Welsh Pony & Cob Society Australia, terecht. “Ook aardige pony’s”, aldus Beekman.
Prachtige pony’s zagen de beide heren op de Tooravale Stud van Wendy Trimble. “Zij heeft middels KI gefokt met de hengst Adagio de L’Aurore van de Franse Ingrid Delaitre. Een zeer interessante hengst”, zegt Beekman.
Kangoeroeleer
Ad Beekman maakt zijn zwepen, die hij gebruikt als whipper-in op de slipjachten van Jachtvereniging Soestdijk, zelf. “Met rondgevlochten kangoeroeleer. De kennis waar ik dat leer vandaan haal, zit in Australië en uiteraard brachten we ook hem een bezoekje. Het was een interessant bezoek, waar we niet alleen kangoeroeleer hebben gezien en gevoeld, maar waar we ook kangoerevlees hebben gegeten.”
NB: Helaas hebben de afgelopen dagen enkele van de bovenstaande Australische Welsh fokkers moeten evacueren vanwege de bosbranden. Het lijkt er op dat het gevaar voor hen nu is geweken. Op Facebook zijn verschillende acties opgestart om de Australiërs bij te staan. Bijvoorbeeld de actie We Support Australia charity auction, waar onder meer dekkingen van hengsten geveild worden voor het goede doel.
Lees ook:
Deel 1: Jureren op de 20th International Welsh Show Australia
Deel 3: Nieuw-Zeeland – Stoeterijbezoeken en Great Lakes All Welsh Club (volgt)
Over Ad Beekman
Ad Beekman werd geboren op 25 november 1950 en vierde dus in Australië zijn 69e verjaardag. De Welshpony’s kwamen in zijn leven toen hij met een Welsh A-vierspan ging mennen.
“Ik ben dus begonnen, omdat ik mennen zo leuk vind. Het devies van mijn toenmalige echtgenote Yvonne is dat de pony’s het wel goed moeten doen op de keuring, dus een goede rasvertegenwoordiger zijn. Zo begonnen we op de Lintelo stoeterij met het fokken van sectie A’s. Echter die konden op een gegeven moment het staptraject moeilijk halen en daarom stapten we over op B’s.”
‘Binnenkort rijd ik mijn vierhonderdste slipjacht’
Ik heb tien jaar vierspanwedstrijden gereden en toen tien jaar voor het stamboek gejureerd. Vervolgens ben ik slipjachten gaan rijden. Dat dacht ik ook tien jaar te doen, maar inmiddels doe ik dat al achttien jaar en binnenkort rijd ik mijn vierhonderdste slipjacht. Vorig jaar ben ik ook weer begonnen als jurylid bij het NWPCS. De fokkerij heeft om verschillende redenen op een laag pitje gestaan de laatste vijftien jaar. Maar ik heb de hengst Lintelo Gawain aangehouden en nu fok ik weer.
Eén vuistregel van me in de fokkerij is dat een pony bruikbaar moet zijn. Mijn tip is dan ook: test een pony op bruikbaarheid. Dat moet het uitgangspunt zijn. Dus niet denken ‘daar ga ik maar mee fokken’, als een pony niet bruikbaar blijkt te zijn.”
Exclusief voor NWPCS.nl